Omix Logo
  • inzicht
  • oktober 2022
  • Tekst: Rudi ter Riet

Het curriculum spinnenweb en de onderwijslogistieke ijsberg

In deze artikelenreeks bespreken we verschillende trends die grote invloed hebben op het onderwijs. In dit artikel gaan we in op het managen van een curriculum. Wat zijn de gevolgen van een wijziging in het leerplan op de onderwijslogistiek? Die zijn groter dan je in eerste instantie denkt! Aan de hand van diverse modellen gaan we in op de gevolgen. Denk bijvoorbeeld aan de complexiteit van het rooster, de inzetplanning van docenten en een toename van het aantal toetsmomenten.

Onderwijs en onderwijslogistiek zijn twee vakgebieden die niet zonder elkaar kunnen. Onderwijs gaat over persoonsvorming, kennisontwikkeling en de maatschappelijke voorbereiding van leerlingen en studenten op hun beroepscarrière. Onderwijslogistiek helpt het onderwijs met dagelijkse in praktijk organiseren van het onderwijs. De basis van het onderwijs is het curriculum, de Latijnse term voor het leerplan. In dit artikel gebruiken we beide termen door elkaar.

Versneld tempo

Een aantal (inter)nationale ontwikkelingen zorgt ervoor dat leerplannen wijzigen of moeten wijzigen. Professor Jan Rotmans omschrijft het als volgt in zijn boek ‘Omarm de Chaos’: “De coronacrisis heeft de toekomst van het onderwijs tien jaar naar voren gehaald. Ineens werden dingen mogelijk die voorheen onmogelijk werden geacht, en werden innovaties in versneld tempo doorgevoerd. Digitaal onderwijs, onderwijs op maat, flexibele aanpak en betere samenwerking bleken plots mogelijk. Alleen het volhouden ervan is lastig.”

Vergrijzing

Een andere ontwikkeling is de vergrijzing. Dit heeft onder meer tot gevolg dat er een tekort aan vakmensen ontstaat. Het huidige reguliere onderwijs voldoet niet aan de vraag. De behoefte ontstaat om de huidige beroepsbevolking om te scholen naar de vakmensen van de toekomst. Een Leven Lang Ontwikkelen (LLO) is een nieuwe markt waarin zowel regulier onderwijs als commercieel onderwijs een marktaandeel zoekt. Er zijn aanpassingen in de leerplannen nodig om aan de vraag naar onderwijs voor nieuwe beroepen te kunnen voldoen.

Relatie leerplan en onderwijslogistiek

Het managen van een curriculum krijgt meer prioriteit in het onderwijs. Als docent of onderwijsprofessional sta je waarschijnlijk niet stil bij de gevolgen van een wijziging in het leerplan op de onderwijslogistiek. Wat is de relatie tussen het leerplan en de onderwijslogistiek? Het model ‘curriculum spinnenweb’ maakt deze relatie inzichtelijk. Vervolgens leggen we het verband met het onderwijslogistiek model van Surf en Omix.

Effecten op het leerplan

In 2003 visualiseert Jan van den Akker met een spinnenweb de effecten op het curriculum als de kern van het leerplan wijzigt, te weten de doelen en de inhoud van het leren. Hij komt tot tien onderdelen van het curriculum. Ieder onderdeel beantwoordt elke vraag over het leren en het plannen van leren. We zoomen in op alle onderdelen.

Spinnewebijsberg Voor Site

Model curriculum spinnenweb.

9 onderdelen van het spinnenweb

  • Leerdoelen beschrijven het aanbod voor studenten en wat ze moeten kennen en kunnen. Naarmate er meer maatwerk voor de student mogelijk is, heeft dit invloed op het bijhouden van de studievoortgang voor student en docent.
  • Leerinhoud bepaalt wat de studenten leren.
  • Leeractiviteiten geven op hoofdlijnen weer op welke manier studenten leren. Denk aan klassikaal, projectmatig of praktijk. Dit bepaalt ook de behoefte aan verschillende typen lokalen en beïnvloedt direct het rooster.
  • Verandert de rol van de docent door nieuwe technologieën en onderwijsconcepten? Welke keuze het ook wordt; de formatieplanning van docenten krijgt een nog voornamere rol.
  • Groeperingvormen gaat over de grootte en samenstelling van de groepen studenten die onderwijs volgen. Vergeet niet in welke samenstelling er wordt getoetst. De keuze hierin bepaalt niet alleen de benodigde lokaalsoorten maar beïnvloedt ook het rooster. Collegezalen en vaklokalen zijn schaarse middelen.
  • De leeromgeving bepaalt waar de student gaat leren. De gevolgen van de coronacrisis toont aan dat we door technologie kunnen kiezen tussen online en ‘on-campus’.
  • Tijd; wanneer wordt er geleerd? Er zijn afspraken nodig over wat wanneer op het lesrooster komt te staan. Het gaat niet alleen over het volgen van onderwijs, maar ook over het afnemen van toetsen.
  • Toetsing; hoe toetsen we het geleerde? Onderwijskundig kan men bijvoorbeeld kiezen tussen summatief of formatief. Dit heeft gevolgen voor de beschikbaarheid van ruimtes, docenten of andere onderwijsondersteuners. Meer maatwerk betekent meer toetsen. Hoe garanderen we de kwaliteit en hoe organiseren we deze?

Onderwijslogistiek model

Op de jaarlijkse onderwijsbeurs voor het Hoger Onderwijs SIS-Link 2013 (de huidige HO-Link) heeft Omix het procesmodel onderwijslogistiek gepresenteerd. Dit model was gebaseerd op het ISA95 model. Dit is een internationale standaard voor de integratie van automatiseringssystemen. Op basis van deze presentatie is interesse gewekt bij de Special Interest Group (SIG) Onderwijslogistiek van SURF. Gezamenlijk is verder gewerkt aan het onderwijslogistiek model. Naast de bekende honingraatjes bestaat het model ook nog uit het zogenaamde hamburgermodel waarin beleid & regelgeving, de student life cycle en de onderwijslogistieke bedrijfsvoering aan elkaar gekoppeld zijn. Het curriculum is de basis van het onderwijs. Bekijk verderop de afbeelding van het onderwijslogistieke model.

Complexiteit van rooster

De leerdoelen leg je vast in het studenten-informatiesysteem, zodat student en docent de voortgang kunnen bewaken in het studievolgproces. Op zich is dit niet anders dan voorheen. Meer individueel onderwijs, heeft wel gevolgen op het administreren van de diverse leerdoelen. Als een student zijn leerdoelen tussentijds kan aanpassen, is regie nodig op de gewijzigde situatie voor hem of haar.

De leeractiviteiten zijn nodig voor de roostmaker om het rooster voor student en docent op te leveren. Hoe groter de diversiteit van de activiteiten, hoe complexer het rooster.

Inzetplanning van docenten

Andere vormen van onderwijs en maatwerk voor studenten beïnvloeden de benodigde inzet van de docent. Er verandert veel voor de docent die er diverse rollen bijkrijgt. De hoeveelheid groepen is nodig om de onderwijsplanning te maken. Als er meer maatwerk voor studenten is, dan nemen de groepen studenten met dezelfde leerdoelen toe. Het aantal benodigde studentgroepen vormt samen met de inzetplanning de basis voor een goed rooster. De nieuwe leeromgeving en de nieuwe tijdindeling zijn belangrijk voor het uiteindelijke rooster.

Meer toetsmomenten

Tot slot heeft een veranderd curriculum grote invloed op het toetsproces. Studenten hebben behoefte aan maatwerk en willen getoetst worden op het moment dat het past binnen hun leerdoelen. Er zijn meer toetsmomenten nodig. Dit heeft onder meer gevolgen voor het aantal toetsvragen om bijvoorbeeld fraude te voorkomen.

We hebben geprobeerd om je meer inzicht te geven in de gevolgen van de wijziging in een leerplan op de onderwijslogistiek. Deze zijn niet altijd zichtbaar. Om die reden noemen we het de logistieke ijsberg. We zien slechts het topje van de ijsberg.

Spinnewebijsberg Combi A5 Hr

 

Meer weten over Onderwijslogistiek?

Lilian van Rooij
Petra Lankhorst

Relatiemanager MBO/HO

Stuur mij een bericht
Deel dit bericht Linkedin Whatsapp Mail